WCAG staat voor Web Content Accessibility Guidelines, wat vertaald kan worden als “Richtlijnen voor toegankelijkheid van webinhoud”. Het is een reeks richtlijnen ontwikkeld door het Web Accessibility Initiative (WAI) van het World Wide Web Consortium (W3C).
Het doel van WCAG is om websites toegankelijker te maken voor mensen met verschillende soorten handicaps, waaronder visuele, auditieve, motorische en cognitieve beperkingen.
WCAG biedt een set van technische en organisatorische richtlijnen voor het ontwerpen, ontwikkelen en onderhouden van websites die voor iedereen bruikbaar zijn, ongeacht hun fysieke of cognitieve mogelijkheden. Deze richtlijnen zijn verdeeld in vier hoofdcategorieën, bekend als de “principes van toegankelijkheid”.
Deze principes zijn:
Waarnembaarheid (Perceivable): Informatie en gebruikersinterface-componenten moeten aanwezig zijn voor gebruikers in een vorm die ze kunnen waarnemen. Dit omvat bijvoorbeeld het gebruik van tekstalternatieven voor afbeeldingen, ondertitels voor video’s, en duidelijke leesbare tekst.
Bedienbaarheid (Operable): Gebruikersinterface en navigatie moeten bedienbaar zijn. Dit betekent onder andere dat alle functionaliteit toegankelijk moet zijn via een toetsenbord, dat er voldoende tijd is om formulieren in te vullen, en dat er geen inhoud is die epileptische aanvallen kan veroorzaken.
Begrijpelijkheid (Understandable): Informatie en bedieningselementen moeten begrijpelijk zijn. Dit omvat het leveren van consistente navigatie, het vermijden van onverwachte wijzigingen in de inhoud en het verstrekken van duidelijke instructies.
Robuustheid (Robust): Inhoud moet robuust genoeg zijn om betrouwbaar te worden geïnterpreteerd door verschillende technologieën, waaronder hulptechnologieën. Dit betekent dat websites moeten voldoen aan de nieuwste webstandaarden en specificaties.
Webontwikkelaars worden aangemoedigd om WCAG-richtlijnen te volgen om ervoor te zorgen dat hun websites toegankelijk zijn voor een breed publiek, inclusief mensen met verschillende handicaps. Het naleven van deze richtlijnen draagt bij aan een meer inclusieve online ervaring voor iedereen.
Bovenkant formulier
De Europese Unie heeft de Europese Richtlijn inzake de toegankelijkheid van websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties (Directive (EU) 2016/2102) aangenomen. Deze richtlijn vereist dat websites en mobiele applicaties van openbare instanties voldoen aan WCAG 2.1 op niveau AA. De implementatie van deze richtlijn verschilt per lidstaat.
In Nederland zijn er verschillende wetten en regelingen die betrekking hebben op de toegankelijkheid van websites en digitale diensten, met als doel het waarborgen van gelijke toegang voor mensen met een beperking. De belangrijkste wetten en regelingen met betrekking tot webtoegankelijkheid in Nederland zijn:
Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz):
Deze wet verbiedt discriminatie op grond van handicap of chronische ziekte en is van toepassing op verschillende terreinen, waaronder de toegang tot goederen en diensten. Het College voor de Rechten van de Mens ziet toe op de handhaving van deze wet.
Tijdelijk besluit digitale toegankelijkheid overheid:
Dit besluit verplicht overheden (zoals gemeenten, provincies, en waterschappen) om hun websites en mobiele apps toegankelijk te maken volgens de WCAG 2.1 op niveau AA. Dit is gebaseerd op de Europese Richtlijn inzake de toegankelijkheid van websites en mobiele applicaties van overheidsinstanties.
Web Richtlijnen Overheid (Webrichtlijnen):
De Web-richtlijnen zijn technische richtlijnen die worden gebruikt bij de implementatie van toegankelijkheidseisen voor overheidswebsites. Deze richtlijnen zijn gebaseerd op de WCAG en bieden specifieke richtlijnen en technische vereisten voor de Nederlandse overheid.
VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap:
Het VN-verdrag, geratificeerd door Nederland, bevat bepalingen met betrekking tot gelijke toegang tot informatie en communicatie, inclusief digitale informatie.
College voor de Rechten van de Mens:
Dit is een onafhankelijk instituut in Nederland dat toezicht houdt op de naleving van de gelijkebehandelingswetgeving, inclusief de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte.
Voor organisaties buiten de overheid is er momenteel geen specifieke wetgeving die webtoegankelijkheid verplicht stelt. Echter, gezien de maatschappelijke bewustwording en het belang van inclusiviteit, worden organisaties aangemoedigd om WCAG-richtlijnen te volgen om digitale diensten toegankelijk te maken voor iedereen. Het is altijd raadzaam om op de hoogte te blijven van eventuele updates in de wetgeving met betrekking tot webtoegankelijkheid.
Juridische stappen: Individuen, belangengroepen of overheidsinstanties kunnen juridische stappen ondernemen tegen een organisatie die niet voldoet aan de wetgeving op het gebied van webtoegankelijkheid. Dit kan leiden tot juridische procedures en mogelijk tot boetes of andere juridische consequenties.
Boetes en sancties: In sommige gevallen kan het niet naleven van webtoegankelijkheidsrichtlijnen resulteren in boetes of andere financiële sancties. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij overheidsorganisaties die niet voldoen aan specifieke wetten of regelingen.
Reputatieschade: Het publieke imago van een organisatie kan schade oplopen als gevolg van het niet voldoen aan webtoegankelijkheidsnormen, vooral als dit leidt tot negatieve publiciteit. Organisaties kunnen klanten, partners en het bredere publiek verliezen als gevolg van een gebrek aan inclusiviteit.
Verlies van gebruikers en marktaandeel: Niet-toegankelijke websites en digitale diensten kunnen leiden tot een verlies van gebruikers, vooral onder mensen met een beperking. Dit kan op de lange termijn leiden tot een verlies van marktaandeel en concurrentievoordeel.
Herstelkosten: Het corrigeren van niet-toegankelijke websites en digitale inhoud kan kostbaar zijn. Organisaties die achteraf moeten voldoen aan toegankelijkheidsnormen, nadat ze niet aan de vereisten hebben voldaan, kunnen geconfronteerd worden met aanzienlijke herstelkosten.
Het is belangrijk voor organisaties om proactief te werken aan het verbeteren van webtoegankelijkheid om deze gevolgen te voorkomen. Dit omvat het implementeren van toegankelijkheidsrichtlijnen, het trainen van personeel, het uitvoeren van regelmatige audits en het betrekken van gebruikers met verschillende capaciteiten bij het ontwikkelingsproces. Het investeren in webtoegankelijkheid is niet alleen juridisch verstandig, maar ook essentieel voor het bieden van een inclusieve en positieve online ervaring voor alle gebruikers.